L’ART D’ÊTRE AIMÉ(E). DE EROTOMANIE ALS POTENTIËLE BUFFER TEGEN DE PASSAGE À L’ACTE.
Samenvatting: In dit artikel wordt de dissertatie van Jacques Lacan over het geval Aimée opnieuw onder de loep genomen. Meer bepaald wordt aan de hand van een uitgewerkt casusvoorbeeld nagegaan of de erotomanie moet beschouwd worden als een bemeesteringspoging tegen de passage à l’acte, dan wel als overspoelende waanvoorstelling. De oorsprong en evolutie van het begrip worden uitvoerig besproken om nadien de sprong te maken naar de kliniek. Aan de hand van een eigen gevalstudie wordt er stilgestaan bij de singulariteit van een dergelijke erotomane constructie en de functie ervan voor de persoon in kwestie. De beroemde casus van Aimée dient hierbij als extra referentiepunt om voeling te krijgen met dit psychoanalytische concept.